dinsdag, november 20, 2007
Journalist tussen bezetting en Israëlische censuur
[Reactie op het weblog artikel "Israël kent GPD-zaak in kwadraat" op NOS.nl op 06/11/2007]
Beste Sander, ik ben altijd blij jou stukjes uit Tel Aviv te lezen. Ik vraag me af hoe onafhankelijk jou stukjes van ginds kunnen zijn. In welke mate is er controle van de Israëlische overheid op de berichten die je naar Nederland stuurt? Kan je om het even wat sturen of welke beperkingen zijn er? Enkele dagen geleden stond nog in Ha'aretz dat gedurende dertig jaar de censuur van het Ministerie van Defensie een speciale toezichtsfaciliteit in het centrum van Tel Aviv in werking had. Deze had de taak om buitenlandse journalisten in de gaten te houden die naar hun geboorteland rapporteren. De ondergrondse faciliteit bleef tot 2004 werken. Niet alleen reporters werden afgeluisterd door militairen, maar ook gesprekken van eerste ministers met wereldleiders en gesprekken van burgers onderling werden nagegaan.
De Israëlische media werd onlangs verboden te berichten over de Israëlische aanval in Syrië. Over journalist Ata Farahat die al vier maanden zit opgesloten in de Al-Jamala gevangenis nabij Haifa mogen jullie blijkbaar ook niet schrijven. Deze journalist wordt door Israël verweten "samen te werken met een vijandelijke natie," terwijl de man gewoon berichtgeving deed voor de Syrische publieke tv en de krant Al-Watan.
Palestijnse journalisten hebben eveneens te maken met vele beperkingen om hun werk te doen en worden aanzien als burgers. Ze mogen niet vrij reizen tussen de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever. En diverse Palestijnse mediakantoren en huizen van journalisten kregen het bezoek van Israëlische soldaten "op zoek naar wapens." Al-Jazeera kon diverse keren niet berichten over de oorlog tussen Israël en Libanon en toen ze verslag uitbrachten van een inval in Nablus werd het vuur op hen geopend. In juli schoot Israël op journalisten in de Gazastrook met verschillende gewonden. En op 3 november raakte een Palestijnse cameraman ernstig gewond door Israëlische kogels in de rug, toen hij een reportage maakte over protesterende vrouwen in Beit Hanun. Je kan dit toch moeilijk "vrije verslaggeving" noemen? Hoeveel censuur is er en hoeveel moet worden gezwegen om een journalistieke werkvergunning door Israël niet te verliezen?
Nog veel succes met je berichtgeving.
Mario Bergen, Leuven
Beste Sander, ik ben altijd blij jou stukjes uit Tel Aviv te lezen. Ik vraag me af hoe onafhankelijk jou stukjes van ginds kunnen zijn. In welke mate is er controle van de Israëlische overheid op de berichten die je naar Nederland stuurt? Kan je om het even wat sturen of welke beperkingen zijn er? Enkele dagen geleden stond nog in Ha'aretz dat gedurende dertig jaar de censuur van het Ministerie van Defensie een speciale toezichtsfaciliteit in het centrum van Tel Aviv in werking had. Deze had de taak om buitenlandse journalisten in de gaten te houden die naar hun geboorteland rapporteren. De ondergrondse faciliteit bleef tot 2004 werken. Niet alleen reporters werden afgeluisterd door militairen, maar ook gesprekken van eerste ministers met wereldleiders en gesprekken van burgers onderling werden nagegaan.
De Israëlische media werd onlangs verboden te berichten over de Israëlische aanval in Syrië. Over journalist Ata Farahat die al vier maanden zit opgesloten in de Al-Jamala gevangenis nabij Haifa mogen jullie blijkbaar ook niet schrijven. Deze journalist wordt door Israël verweten "samen te werken met een vijandelijke natie," terwijl de man gewoon berichtgeving deed voor de Syrische publieke tv en de krant Al-Watan.
Palestijnse journalisten hebben eveneens te maken met vele beperkingen om hun werk te doen en worden aanzien als burgers. Ze mogen niet vrij reizen tussen de Gazastrook en de Westelijke Jordaanoever. En diverse Palestijnse mediakantoren en huizen van journalisten kregen het bezoek van Israëlische soldaten "op zoek naar wapens." Al-Jazeera kon diverse keren niet berichten over de oorlog tussen Israël en Libanon en toen ze verslag uitbrachten van een inval in Nablus werd het vuur op hen geopend. In juli schoot Israël op journalisten in de Gazastrook met verschillende gewonden. En op 3 november raakte een Palestijnse cameraman ernstig gewond door Israëlische kogels in de rug, toen hij een reportage maakte over protesterende vrouwen in Beit Hanun. Je kan dit toch moeilijk "vrije verslaggeving" noemen? Hoeveel censuur is er en hoeveel moet worden gezwegen om een journalistieke werkvergunning door Israël niet te verliezen?
Nog veel succes met je berichtgeving.
Mario Bergen, Leuven
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten