donderdag, januari 18, 2007

Palestijnse landbouwers zonder land 'Het vloeibare goud' (Homerus, 88 v. Chr. over "olijfolie") stroomt naar Tel Aviv

[Lezersbrief aan het Agrarisch Dagblad n.a.v. artikel "Verdreven Israëlische tuinders blijven in kou staan" van 11 januari 2007]

Hiermede reageer ik op uw artikel in het Agrarisch Dagblad. De titel "Verdreven Israëlische tuinders blijven in kou staan" is niet correct. Het is misschien bedoeld om medelijden op te wekken, maar dat is niet nodig als U later zelf bericht dat minister van Landbouw Shalom Simhon hen sneller van compensatie gaat voorzien. Uiteindelijk hebben ze jaren sjekels kunnen binnenrijven door hun onwettige activiteiten in bezet gebied. Resolutie 38/79 van de Algemene Vergadering van de VN-Veiligheidsraad veroordeelt uitdrukkelijk de deportatie van Palestijnse burgers, het onteigenen van gronden, de vernieling van huizen, de collectieve straffen, de nederzettingen en activiteiten aldaar, enz. Terwijl illegale praktijken worden gesust met joodse sjekels en compensaties, zwijgt men over de schade die men toebracht door de Palestijnse bevolking te verdrijven uit hun dorpen en steden.

De Algemene Vergadering van de Verenigde Naties keurde op 11 december 1948 resolutie 194 goed nadat zionisten honderdduizenden Palestijnen hadden verjaagd. De resolutie zegt: "De vluchtelingen die dat willen, moeten zo snel mogelijk kunnen terugkeren. Zij moeten in vrede kunnen leven. Er moet schadeloosstelling betaald worden aan hen die niet willen terugkeren ter compensatie van de door hen geleden schade en verloren gegane bezit. In overeenstemming met de principes van het internationaal recht, moet die schadeloosstelling betaald worden door de regeringen of autoriteiten die ervoor verantwoordelijk zijn."Sinds het begin van de tweede Intifada (volksopstand) in oktober 2000 heeft het Israëlische leger in de bezette Palestijnse gebieden duizenden hectaren landbouwgrond en honderdduizenden olijfbomen vernield. Olijfbomen kunnen zelfs op dorre grond fantastische vruchten leveren, maar als ze zelfs die grond afnemen...

De olijfboom is voor de Palestijnen een symbool geworden van vrede, wijsheid en welvaart. Voor de Israëli's staat deze boom symbool voor bezetting, arrogantie en een humanitaire ramp. 6.000 jaar geleden al was er de verspreiding van olijfbomen vanuit Palestina naar het hele Middellandse Zeegebied. Bij de Panathenaische Spelen kreeg de winnaar een amfora met olijfolie. De grootste overwinnaar kreeg zelfs vijf ton olijfolie. Op de Olijfberg in Jeruzalem staan nog altijd olijfbomen die 2.000 jaar oud zijn. De Spaanse koning, Karel V, gebruikte olijfolie als medicijn tegen koorts en vergeetachtigheid. Een gemiddelde olijfboom zorgt voor 9 kg olijven per jaar, waaruit twee liter olijfolie kan worden gewonnen. Veel gezinnen worden zo voorzien in hun onderhoud. De Palestijnen voerden al in 1856 grote hoeveelheden olijfolie in amforen per schip of over land naar de Franse Republiek. De olie werd gebruikt als brandstof voor verlichting en verwarming. Maar ook bij het bereiden van maaltijden, medicijnen, balseming en als schoonheidsmiddel voor huid en haar. Het toont aan dat olijfbomen instaan voor de tweede belangrijkste exportprodukt van de Palestijnen. De olijfoogst zorgt hiermede voor 15 tot 20 % van de landbouwopbrengst van het Palestijnse volk, tenzij Caterpillar daar anders over denkt.Koeweit heeft echte olie, Palestina alleen maar plantaardige olie uit olijven. Vandaar dat Koeweit vijftien jaar terug werd "bevrijd", terwijl Palestina nog steeds een bezet land is.

Mario Bergen, Leuven

Geen opmerkingen: